communicatie, ICT, media, blog en publicatie

SulingenTag Archives

IJs eten in Sulingen

Ik weet niet of jullie het wisten, maar als Duitsers gaan fietsen, is dat altijd in groepsverband en altijd met een krat bier of een fles schnaps erbij. Op elke kruising van wegen wordt er even stilgestaan en gedronken. Prosit! Op Hemelvaartsdag/ Bevrijdingsdag/ Vaderdag, 5 mei 2016, wordt dit verschijnsel in nog veel grotere mate waargenomen.

Per fiets op weg van het gehucht Barenburg naar de grote stad Sulingen (Sule-Metropole), samen met mijn eigen vrouw en mijn Duitse advocate, ontmoeten we langs de weg zeker tien groepen jongeren. Allemaal in beschonken toestand en allemaal uitermate vriendelijk. (“Moin, Nah auch mal unterwegs”). In Lindern aangekomen, blijkt er een heel groot Schützenfest (schuttersfeest),  inclusief Bradwurst, Biertap en danskapel, gaande te zijn.

De Duitse werkelijkheid komt wel heel dichtbij, als we aan de rechterkant van de weg, tamelijk geïsoleerd, een groep van vijftien Syriërs waarnemen, die afwachtend gade slaan wat deze dronken jonge Duitse mensen allemaal op deze mooie zomerdag aan het doen zijn. “Die wachten af tot de Duitse meisjes dronken zijn, zodat ze die in de billen kunnen knijpen” roep ik provocerend naar mijn Duitse advocate. “Want dat is gebruikelijk in Duitsland”.

Dan blijkt echter de stelling dat politiek correcte mensen aan de rechterkant van hun blikveld stekeblind zijn, op een zeer vreemde manier op waarheid te berusten. De Duitse advocate heeft de gehele groep van Syriërs niet waargenomen. “Helemaal niet waar. Dat is weer jouw perverse- en extreem-rechtse fantasie, die met je aan de haal gaat”. Wij blijven bij onze fietsen staan en vragen of ze even terug wil rijden, om de Duitse realiteit met eigen ogen waar te kunnen nemen. Eerst sputtert ze nog tegen dat het waarschijnlijk Turken zijn of ‘Rusland-Duitsers’, maar uiteindelijk draait ze zich met fiets en al om en rijdt terug.

Ook na deze op terugtocht gebaseerde waarnemingsoperatie heeft niet het beoogde effect gehad. De Syriërs blijven voor de Duitse advocate (groenlinks raadslid, feminist, ex-activist)  verborgen.  Haar ogen willen niet waarnemen, wat tachtig procent der Duitsland wel ziet.

Ook tijdens de rest van  de fietstocht blijft de etniciteit van de waargenomen buitenlandse medeburgers discutabel. Intussen zijn in elke gehucht en elk dorp in Nedersachsen leegstaande huizen aan op te vangen vluchtelingen ter beschikking gesteld, hetgeen het straatbeeld en  de waarneembare mensen  bij mooi weer  doet veranderen. Groepjes drinkende jongens en meisjes worden afgewisseld met van de zon genietende vluchtelingen. Maar de advocate blijft bij haar standpunt dat dit afwisselend ‘Roma’, Rusland-Duitsers, dan wel reeds geïntegreerde Turken zijn.

We komen in de Sule-Metropole aan en eten een ijsje bij de plaatselijke Italiaan in de Langestrasse. Daarna zitten we in de zon bij de fontein van de Brunnenapotheek. De dag kan niet meer stuk. De dames praten nog wat na over de opkomst van de partij Alternatieve Für Deutschland (AFD) in de diverse landsregeringen en binnenkort ook in de bondsdag. Hoe kan dat nou? Dat zo’n partij zomaar uit het niets zoveel stemmen krijgt?

Ik zwijg. “I was blind, but now I see” zong Elvis Presley reeds in 1974.

De Duitser an sich

Praat je in Nederland over Duitsland, dan zijn de clichés en vooroordelen niet van de lucht. Qua eten houdt de Duitser ‘an sich’ van Sauerkraut. De Duitser kleedt zich het liefst in Lederhosen en op het werk zegt de Duitser voortdurend ‘Herr Doctor’ tegen zijn chef. Je moet toch wat.

Nu ben ik al weer een week in Noord-Duitsland en vandaag wilde ik pas voor het eerst zuurkool eten. Dus naar de supermarkt. Ook al ben ik al tien jaar weg uit dit land, toch zegt de verkoopster in het E-center te Sulingen, nog steeds ‘Hallo Kees’ tegen mij. Dat komt omdat ze tot 1998, in het jaar dat haar echtgenoot er met een Russische vrouw vandoor ging, mijn buurvrouw was. Dat schept een band.

Zuurkool blijkt in Duitsland niet in plastic verpakt bij de verse groente te liggen. En bij de conserven ligt ook geen zuurkool. Er moet een bedrijfsleider aan te pas komen om ergens achterin uit een schap een blik zuurkool te halen. Zo erg houden de Duitsers van zuurkool. Wat de Duitser dan wel weer gemakkelijk kan kopen: Tsatsiki. Dat is Griekse yoghurt met geraspte komkommer en knoflook erin. Misschien komt het door het vele geld dat de Duitse staat in de Griekse economie pompt, dat de Duitser nu Grieks eet.

In de Duitse supermarkt is het mogelijk verse Bockworst te kopen. Kom daar bij de Nederlandse slager eens om!! Ze lachen je uit en zeggen tegen je: ‘Knakworsten haalt u maar in de supermarkt.’

Naturel Chips, dus zonder paprika, ham-kaas of andere extremiteiten, kan je in Duitsland haast niet kopen. De Nederlandse naturel chips zijn in smaak en kwaliteit eenmalig in Europa. Je moet érgens in uitblinken.

De volgende halte van onze inkooptoer is de fabrieksverkoop van schoenfabriek LLoyd. Als je in de jaren negentig wel eens op TV de Russische president Gorbatschow zag en hij liet toevallig de zolen van zijn schoenen zien, dan zag je een rode streep op die zolen. Dat is een merkteken van schoenen van Lloyd. Waar een kleine fabriek op het Duitse platteland toch heel groot in kan zijn. In de fabrieksverkoop van Lloyd, kan je niet alleen de dure Lloydschoenen voor een schappelijke prijs kopen, maar ook merkkostuums en andere merkkleding.

Het bijzondere van de plakken van LLoyd is dan weer, dat je ze in zogenaamd ‘Baukasten-systeem’ kan kopen. Dat wil zeggen de colbert in een andere maat dan de broek. Wat voor vele Duitse- en trouwens ook Nederlandse mannen, die iets te dik geworden zijn, een uitkomst is. Je hoeft geen maatpak voor 800 Euri meer te kopen, maar bent voor 300 Euro klaar. “Crisis what crises?”

Kaufrausch in Sulingen

Nadat we bij de Aldi in Sulingen reeds een stofzuiger voor 99,98 Euri op de kop hebben getikt en in de “Getränkewelt” daar tegenover voor 43,65 Euri aan Becks bier, Weisser Burgunder en Roter Dornfelder ingeslagen hebben, voel ik bij de volgende winkels een licht kriebelen in me opkomen en dan weet ik het weer: De “Weihnachtliche Kaufrausch” slaat onherroepelijk toe en is niet meer te stoppen. Bij de “Einkaufsmeile Ranck” bekijk ik maar liefst drie boeken die eigenlijk niet in mijn boekenkast mogen ontbreken, te weten: “Ich, Mohammed Ali”, een biografie over Hannelore Kohl en de pakkende titel “Warum die Deutschen, Warum die Juden?“.

Doordat ik me op tijd realiseer dat de komende Heiligenabend mij reeds een aantal eerder op het verlanglijstje geschreven boeken gaat bezorgen en ik sowieso vaker in het Internet hang dan op de bank rustig een boek zit te lezen, wordt de koop ter nauwer nood uitgesteld.

In de Sulinger Lidl gaat de “Einkaufsbummel” verder. Voor de schoonvader koop ik een door LED belichte loep. De schoonmoeder krijgt een kashmir sjaal, maar een door electrische warmhoudplaat verwarmde complete fondueset met 8 vorkjes wordt door mijn vrouw uit mijn handen gerukt, omdat we dat in Nederland al hebben. Maar niet met electriciteit!

Heeft mijn jongste zoon niet dringend een slijptol nodig? Dat krijg je voor dié prijs nooit meer. Welke tijdschriften zullen we tijdens de kerst lezen: Spiegel, Stern, die Zeit. Voor je weet is het oorlog en dan zit je weer zonder. Een plateau met antipasti. Paneermeel. Diverse soorten kaas. Dat kan allemaal met de ING-bankpas gepind worden, is ons reeds in Nederland door een mevrouw met een Oostenrijks namaakaccent per radio commercial medegedeeld.

We rijden langs de straten die we 12 jaar geleden ook al reden en voelen ons opeens weer helemaal thuis. Waarom hebben we dit Gottverdamte Ort eigenlijk ooit verlaten? We weten het opeens niet meer. Doorrijden dan maar weer.

Michael Jackson heeft ons één belangrijk levensthema achtergelaten en de woorden van het thema spreek ik enkele keren uit, terwijl we door de pampa’s van het Noord-Duitse platteland rijden: “This is it and  let it go”. ‘Besser wirds nicht’

Een Egyptische Moslimbroeder

Nu wil je natuurlijk graag van mij weten: “Ken je zelf Egyptische moslimbroeders?” Met andere woorden: Kan je erover oordelen? Want het is net als bij Zuid-Afrika destijds: Je kan er alleen maar over oordelen als je er zelf geweest bent.

Nou, eentje dan. Op een mooie lentedag in 1990 reed ik in mijn auto vanuit de Noord-Duitse stad Sulingen terug naar ons dorp, enkele kilometers verderop. Opeens zag ik een man met licht getinte huidskleur langs de kant van de weg staan. Liften. Nou ja wat doe je dan? Je neemt die man mee. In die periode kwamen er veel asielzoekers naar Duitsland en die werden naar een oud distributiesysteem, dat stamt uit de tijd van de Vertreibung na WOII, over de verschillende dorpen verdeeld. Het was in die tijd normaal dat bijvoorbeeld een Libanees gezin met zes kinderen midden in de weilanden in een oude vervallen boerderij leefde. Dus het was geen raar gezicht om deze man aan de kant van de weg te zien liften.

In die tijd was mijn vrouw een sociale advocaat en verdedigde enkele Ethiopische asielzoekers in hun pogingen een verblijfsvergunning te bemachtigen. Meestal kregen ze die niet, maar het in hoger beroep gaan duurde zo lang, dat ze vele kostbare jaren van hun leven weggooiden op het Noord-Duitse platteland. Ik had een intensief contact met die asielzoekers en wilde alles weten over hun verzetsstrijd, maar ik ben er in die periode nooit één tegen gekomen die ook maar één opstandig pamflet geschreven had, of kon schrijven. Laat staan de wapens opnemen tegen een hele of vermeende dictator. Gelukszoekers. Of mag ik dat niet zeggen?

De Egyptische Asylant bleek goed Engels te kunnen spreken en vertelde mij in die korte rit naar ons dorp waar hij vandaan kwam, Egypte dus, waarom hij was gevlucht en wat zijn geloof was. Het bleek een Egyptische moslimbroeder te zijn. En of ik misschien een kopje thee lustte? Nou, dat wilde ik wel en toen bleek dat die man dus gewoon 100 meter van ons huis verwijderd op een bovenkamertje gehuisvest was. Nooit eerder gezien. Dus ik theedrinken met de Egyptische moslimbroeder.

Afgezien van de vriendelijkheid en goede verstaanbaarheid schrok ik toch een beetje van de opvattingen van de man. Hij was voor de doodstraf en hij was er van overtuigd dat de Duitsers uiteindelijk de islam als religie zouden aannemen. Ook al was ik toen nog gewoon links en vol optimistische positieve energie, vond ik dat toch wel wat te ver gaan. Maar ja, zo ver was het nog lang niet. Voorlopig was hij een asielzoeker en had ik een verblijfsvergunning.

Dit speelde zich allemaal 11 jaar vóór 11 september af, dus een directe dreiging ging er niet van de Egyptische moslimbroeder uit, maar later dacht ik er wel eens over na. Het is toch vreemd. Amerika houdt daar in Egypte een dictatuur in stand en die moslimbroeders komen als vluchteling hierheen en gaan op hun beurt weer een bedreiging voor de Westerse democratie vormen. Laat ze maar lekker daar blijven. Daarom hoop ik ook van harte dat er nu eindelijk eens in Egypte vrije verkiezingen gehouden worden, zodat dit soort mensen, hoe lekker ze ook kunnen theedrinken, weer terug kunnen naar hun eigen land.